Ultra Tour des Sources – Self Supported (174km, D+ 4600, 31h18min)




And the earth becomes my throne 
I adapt to the unknown
Under wandering stars I've grown
By myself but not alone
I ask no one


- Wherever I May Roam -          MetallicA



Woensdag 14 augustus 2019. Het is 2 uur in de ochtend en de wekker gaat. Eindelijk! Ik vlieg uit bed. De andere 5 'just in case' wekkers worden uitgezet. Ik neem een calorierijk ontbijt en begin aan de laatste handelingen én driedubbele controles alvorens het grote avontuur kan beginnen. Laat me vandaag alsjeblieft 
niets vergeten! Die extra regenjas gaat dan toch nog in de rugzak. De tracker wordt extra goed bevestigd én ingeschakeld. En de bodyglide wordt tot slot nog eens gul uitgesmeerd. 
Omstreeks 3 uur komt mijn fantastische madam, Tina, aangesloft. Liefde van mijn leven en moeder van mijn kinderen, maar op dat ogenblik vooral min of meer gewillig slachtoffer van dienst. Ze is immers zo lief om mij naar de startlocatie in Jalhay te brengen. Dat is op 20 minuutjes rijden. De slaperige glimlach die ze te voorschijn tovert, stelt me ietwat gerust. Ze vindt het misschien toch niet zo erg? Tina weet evenwel nog niet dat ik straks misschien toch graag wil dat ze nog iets langer ter plekke blijft om voor mij mee af te tellen, zoals 'de echte'. En ik vraag me dus af hoe lang zo'n glimlach staand blijft zonder degelijke kop koffie.
Het is kwart na drie. We zitten, op schema, in de auto naar de Place du Marché te Jalhay. The place to be. Het is voor mij inmiddels de derde keer dat ik er vertrek voor een looptochtje en ben dan ook in de wolken om in het licht van de koplampen het rustieke plekje te zien opdoemen. Een beetje thuiskomen heet dat dan. Mijn
hart begint al een beetje sneller te slaan.

Het is wolkeloos en redelijk donker. We komen
als dieven in de nacht aan in dat pittoreske en inmiddels vertrouwde dorpje. Nog even een paar foto's nemen, het veiligheidsteam laten weten dat ik eraan ga beginnen en dan kunnen we aftellen! Deze keer geen drukte, geen toeters of bellen, noch zoemende menigte. Enkel de stilte van de nacht en de laatste woorden van succes van mijn vrouwtje. En hop, daar ga ik dan!
Alle last en stress van de voorbereidingen, die zich steeds tot het allerlaatste moment hardnekkig aan me vastklampen, vallen plotsklaps van mijn schouders. De rust die over me heen komt is een al te bekende vriend. Hoe zalig is dat gevoel! Wat er ook gebeurt, denk ik, van hieruit is het simpel: gaan en blijven gaan.

8 maanden eerder werd dit spannende idee uit mijn hoofd de keiharde realiteit in geknald. Ik plande in september The Great Escape te lopen. In januari werd evenwel al duidelijk dat TGE ging moeten wijken voor andere meer prioritaire zaken. Ik moest dus op zoek naar een andere 100 miler om 'op schema' te blijven én de progressie richting andere doelen op koers te houden (ja, lees hier maar dat ik o zo graag de Legends Trail wil doen). En tja, wat 100 milers 'in de buurt' betreft, zijn er nu niet zo bijster veel opties. Zoem dan nog even in op de periode 'rond augustus', doe daar nog eens de 'zomerplanning' bij en dan kwam ik al snel tot de conclusie: 'ik ga iets op mezelf moeten doen'. De gedachte om die UTDS af te haspelen en in een geweldig avontuur te duiken speelde al enige tijd door mijn hoofd: 158 kilometer door de prachtige Ardennen en 4200 hoogtemeters. Dat zou pas een avontuur zijn! Als fervente luisteraar van de 'fastest known time' podcast van legendes Peter Bakwin en Buzz Burrell was het dan maar een kleine sprong naar 'Ik ga die UTDS toch proberen en ik ga dat 'self supported' proberen'. Come what may.
In april kwam ik er dan op uit dat die fantastische kerels van de Legends Trails ook nog even een fkt - platform voor de Benelux uit de grond stampten. Hoe die mannen dat allemaal doen en bolwerken, ongelooflijk! En zo kwam het dus dat ik me bij hen aanmeldde, Tim me een tracker bezorgde, een tracking website op poten zette en ik na het afscheid de nacht in verdween om als eerste te proberen om de UTDS in 1 etappe te bedwingen.

De eerste kilometers is het zoals gewoonlijk een beetje een ritme zoeken en de zintuigen laten wennen en genieten. Ik proef de geur van de nacht en de natuur. Gestaag hobbel ik richting Spa, alwaar de eerste 'pittiger' gelabelde klimmetjes er aan zitten te komen. Maar goed, dat gaat allemaal best vlotjes. Zo hobbel ik dan verder tot ik net voorbij onze logeerplek 'La Gervava' kom. Die ligt op 40 kilometer in de trail.
Alles wat ik de komende 120 kilometers aan voedsel nodig heb, ligt daar in een dropbagje klaar om 'en passant' op te pikken. Het is een pakketje van een goeie 3 kilogram. Het gewicht van m'n rugzak schuift hiermee plotsklaps naar een goeie 9 kilogram. Dat wist ik op voorhand. Maar, als er iets is dat ik zwaar onderschat heb, dan is het toch wel de impact van dat gewicht. Ik liep al met packs van 7 kilogram. En dat is, voor alle duidelijkheid, het startgewicht, want je eet en drinkt daar onderweg gelukkig wat vanaf. Maar die 2 kilo's extra: holy f***** sh**!

Vol goeie moed vervolg ik, na de korte stop te La Gervava, mijn weg tot ik na enkele kilometers dan toch weer even halt moet houden. Het gewicht van de rugzak zet op één of andere manier zwaar druk op de aanhechtingspunten van mijn kuiten. Al snel vraag ik me dan ook af "Hoe ga ik dit in godsnaam bolwerken?" Per zes uur zou een pakket van een halve kilo voedsel verdwijnen, goed voor een goeie 2000 kilocalorieën. Ook het waterreservoir van 2 liter zou gedurende elke 6 uur slinken om dan weer ergens te moeten bijgevuld raken. Dus ik denk "Nu, is alles op z'n zwaarste. Dat kan alleen maar beter worden." Ik besluit om even af te wisselen tussen lopen en stappen: lopen tot dat ongemakkelijk gevoel onderaan m'n benen zeer ongemakkelijk wordt en stappen tot er weer geen vuiltje aan de lucht is. Vooruit blijven gaan is de boodschap! Gelukkig duurt het niet te lang voor m'n beentjes meer warm gedraaid zijn en ofwel zijn het de endorfines ofwel toch ergens een dankbaar aanpassingsvermogen, maar 'Hoera!' al snel kan ik weer rustig verder hobbelen. Intussen is het zonnetje ook mooi en vooral warm aan het schijnen. Dat gewicht van water zal ik er in elk geval wel snel door hebben.

En tja, rustig hobbelen? Laat ik eerlijk zijn: ik heb het zwaar gehad. Twee stukken waren bijzonder zwaar. Van Theux tot Stoumont. Daar was de rugzak het zwaarste en waren de meeste 'steile' klimmen. En dan van Malmedy tot aan de Hoge Venen. Dat is nu eens een stuk waar geen einde lijkt te komen aan het brutaal op en neer gaan van de bobbels en hellingen. En als er dan een einde aan komt, aan die kleine kuitenbijters: dan begint het klimmen pas echt. Men weze gewaarschuwd.
Het is nu niet zo dat de andere stukken 'a walk in the park' waren. Deze 2 spanden evenwel de spreekwoordelijke kroon.
Ik had, om even te schetsen, voor mezelf de opdeling van de UTDS gevolgd zoals Extratrail ze zelf samenbrengt. In m'n hoofd moest ik dus achtereenvolgens geraken van Jalhay tot Theux (kilometer 30), van Theux tot Stoumont (kilometer 74), van Stoumont tot Malmedy (kilometer 116) en van Malmedy terug naar Jalhay (kilometer 158).


Van Jalhay tot Theux was dus het makkelijkste stuk: het frisse begin. Een mooie, maar niet zo oogverblindende zonsopgang; een paar pittige klimmetjes, maar niet te veel én de vogeltjes die hartelijk floten terwijl de wereld me nog tegemoet lachte. Ik voel me er dus ook nog zeer fris, weet m’n inspanning goed te doseren en alles lijkt bijna als vanzelf te gaan. Zo mooi, dat trailen!

Ik hobbel dus iets minder rustig verder richting dat inmiddels illustere Stoumont. Dat stadje dat maar niet wilde komen. Het weer is helemaal zonnig geworden en het voelt zelfs een beetje te warm om goed te zijn. Maar bon, ik geniet van het zonnetje. 's Avonds zal het gaan regenen en het lang zal duren alvorens daar een eind aan komt.

Onderweg, op ongeveer 45 kilometer, mag ik genieten van een stukje Niglinspo, ons eigenste bergriviertje! Het is een beetje opletten geblazen om niet uit te schuiven en intussen probeer ik te genieten van de prachtige omgeving. Het zijn nog 30 lange kilometers naar Stoumont, maar dit heb ik in elk geval al mooi gehad!
Eenmaal aangekomen te Stoumont stel ik vast dat ik mezelf al een 7 - tal kilometers extra cadeau heb gedaan! Ik realiseer me dat ik al een aantal keren danig op m'n stappen ben moeten terugkeren wegens gemiste afslagen. In het bijzonder op het verbindingsstuk tussen Theux en Stoumont was ik de mist in gegaan (Let op de kleine lettertjes!
). Ik besef dat als dat nog vaak gebeurt dit wel eens kan gaan oplopen en neem me, tevergeefs, voor om beter te gaan opletten.

In Stoumont heb ik ongeveer 12 uur op de teller staan. Het is tijd om het water nogmaals aan te vullen en dus op zoek te gaan naar een winkeltje. Maar er is geen winkel. Waar dan wel? Wel in Trois Ponts, monsieur. OK, dat wordt dus ‘the next best thing’: om het even wat. En zo wandel ik met mijn ‘eau de nature’ de lokale apotheek binnen en vraag vriendelijk om water, om de waterzak aan te vullen wel te verstaan. Zonder aarzeling wordt ik naar de wasbak gebracht. De goed – en welwillendheid die ik ontmoet krikt m'n gemoed net dat tikkeltje op om er vol energie verder tegenaan te gaan.

Tussen Stoumont en Malmedy liggen de 'eerder lange klimmen' met bovenaan (of onderaan) af en toe een dorpje. Ik kijk er eigenlijk wel naar uit om van dorp naar dorp te gaan. Dat maakt het even makkelijk in mijn hoofd. En in mijn hoofd doop ik op dat moment Malmedy tot 'baken van hoop': als ik dat haal, dan weet ik dat ik hét haal. Is dat een beetje magisch denken? Ja, toch wel hoor! Ik wist toen natuurlijk nog niet dat ik danig onderschat had wat er vlak na Malmedy kwam. Er kwamen dus nog verschillende 'bakens van hoop' die al dat magische denken serieus aan de kaak stelden.
Na Stoumont passeer ik allereerst langs Coo, haar waterval en bijhorend Plopsa. Hier stuit ik op het meest surreële stukje van de ganse onderneming, als je de latere auditieve hallucinaties buiten beschouwing laat. Genietend van de natuur, het parcours en de stille dorpjes, wordt ik toch wel even uit m'n bubbel geknald door die overweldigende en op volle toeren draaiende toeristische machinerie. Ik doe dan ook lekker even mee en koop er een cola. Man, wat doet die cola deugd! Een welkome afwisseling met dat lauwe water en die inmiddels kleffe smaak van de elektrolyten. Ik knal dan, op een cola - roes, verder langs Trois Ponts, krijg nog een bemoedigende ‘thumbs up’ van enkele kajakkers en daarna komt Stavelot. Ergens aan de voet van een klim zoek ik nog even wat verkoeling in wat ik denk dat een zijtak van de Amblève moet zijn. Het koude water doet deugd. Eventjes vraag ik me af of ik er wel goed aan doe. Het warmste moment van de dag is al even gepasseerd en ik wil natuurlijk niet afkoelen. Maar als ik begin te klimmen en dat binnenste kacheltje terug hard begint te stoken, weet ik dat het goed was.

Daar is ze: Stavelot! Ik kies ervoor iets langer te pauzeren en laat het veiligheidsteam weten dat ik even langer halt hou. Nu moet het gewoon. Ik ben ongeveer 18 uur bezig en het is hoog tijd is om mijn voetjes wat lucht en een fris paar kousen te geven. Dat is altijd zo'n dubbeltje op zijn kant, maar ik voel in m'n kleine teen dat het goed gaat zijn! Ik installeer me op een muurtje tegenover het Musée du Circuit de Spa – Francorchamps en begin de rugzak uit te pakken op zoek naar die zipbag met kousen. Uiteindelijk mag ik dat alles nog in een haastje doen want het begint plotsklaps goed te gieten. Juist: om 22 uur ging het regenen. Ik twijfel even om door te gaan, maar ga uiteindelijk het stadje in op zoek naar een plek om even droog te rusten. Dat wordt onder de luifel van een nachtwinkel. Toppie! Iemand wijst er me op dat mijn hoofdlamp nog aan staat. Ik excuseer me en mompel in m'n beste Frans dat dat nu toch wel elke keer gebeurt. Nog even de watervoorraad aanvullen, nu we hier zijn. En ik koop ook nog een halve literflesje cola. Ik drink dat ter plekke leeg en had dat duidelijk even nodig. Dus haal ik nog eentje om later op te drinken. Dat blijkt een goeie keuze te zijn!


Wat later ben ik op weg richting Malmedy en ik lijk plots geen zin meer te hebben in energierepen of gels. Zelfs de Kanjers kunnen niet bekoren. Ik hou even halt in het ‘Bois sous la Vaux’ om een pakje tuc - koekjes te voorschijn te toveren. Ook geen succes. Enkel dat last minute gekochte flesje cola en een beetje beef jerky lijken me wel te kunnen bekoren. Ik klaag niet en ben zelfs blij! Uiteindelijk ben ik 20 uur bezig en enkel 'geen zin in dit of dat' is pure luxe. Geen maag of darmen die een opstand aanvoeren. Top! Ik dwing mezelf om te blijven eten en wat erin gaat blijft er ook in en wordt dus gestaag omgezet in energie. So far so good! Dit is een les die ik in het verleden goed geleerd heb: wat er ook gebeurt, blijven eten! Ik maak van de gelegenheid ook gebruik om; nu m'n pack toch van m'n rug is, de batterijen in de hoofdlamp te vervangen. Even later baan ik me alweer verder een weg door het bos. Ook al zie je minder van de omgeving als het donker is, niets zo fijn als in de stilte van een bos bij nacht te lopen. De zintuigen worden ietsje scherper en het avontuur lijkt net dat ietsje intenser te worden.

Rond 2 uur 's nachts kom ik dan in Malmedy aan. Ik heb het tot hier gehaald! Eindelijk! Ik maak met mezelf de afspraak dat ik niet verder ga voor ik 2,5 liter water heb. Wat achteraf toch 1 liter teveel bleek te zijn. Maar ‘better safe than sorry’. Het laatste stuk is lang en met geen mogelijkheden om ergens met zekerheid water te scoren. Ik heb wel de BeFree van Katadyne en kan in nood wel water filteren. Maar die is echt enkel voor noodgevallen. Het is even zoeken en plots zie ik een huis waar licht brandt en nog leven is. Ik bel aan en er doet niemand open. Pech! Net als ik vertrek, verschijnt er toch iemand aan het raam en opent de deur. Ik leg kort uit wat ik aan het doen ben en vraag of ik water kan bekomen. De man in kwestie snapt er even niets van. Nu ja, hoe zou je zelf zijn als er midden in de nacht iemand aan je deur staat en zegt "Excuseer voor het storen. Ik ben een grote tour aan het doen en ik heb water nodig alvorens ik verder kan. Kan u me helpen?" Even later krijg ik een grote fles water. Wat een ongelooflijk barmhartige Samaritaan! De man in kwestie vraagt me nog even verwonderd of ik dit als hobby (en dus voor mijn plezier) doe. Ik antwoord met mijn breedste glimlach "Oui oui, c'est mon hobby". Ik neem afscheid en verder dobberend, denk ik "Tja, hobby; dat dekt misschien niet volledig de lading." Eventjes verder bots ik nog op een aantal sympathieke jongeren die erg onder de indruk zijn van het knipperende rode lichtje dat op m'n rugzak hangt en toch nog iets meer onder de indruk raken als ze me vragen van waar ik kom en waar ik heen ga. Ik zet verder aan en wil toch voor ik uit Malmedy vertrek nog een blikje sardientjes eten. Powerfood! Ik vind niet onmiddellijk een beschut plekje en plof uiteindelijk neer in een bushokje. Ik neem m'n tijd en besef niet dat ik toch wel al eventjes in Malmedy ben. Het is iets voor drie uur als ik terug aanzet. Net op dat moment gaat de gsm af. Het is een berichtje van Marieke uit het veiligheidsteam: "Even aan het rusten?" Wat een geruststelling dat er over me gewaakt wordt!

De weken voor de start, vroeg ik me af hoe ik dat solo - project toch veilig genoeg kon houden. Tijdens een georganiseerde trail zijn er andere deelnemers, zijn er checkpoints, is er crew die af en toe stukken van het pad inspecteren,... Als ik nu ergens stil zou vallen. Wie zou het merken?
Ik sprak enkele naasten aan met de vraag wie een oogje in het zeil kon houden en vooral wie 's nachts wakker zou zijn en eens kon kijken of ik nog vooruit ging én updates gaf. Ik plande hiertoe de livetrack optie van de gps te gebruiken. Dankzij de tracker en bijhorende site van fkt - legendstracking, had ik nog een beter en bulletproof opvolgsysteem. Echt fantastisch! Ik riep een WhatsApp groepje in het leven. Daar zou ik ook elke 4 uur kort een teken van leven geven. Elke keer als ik die groep opende om een update te geven kon ik daarbovenop ook nog eens rekenen op deugddoende aanmoedigingen! Thank you guys! Niet te onderschatten! Want ook deze keer geen checkpoints met glimlachende en verwelkomende vrijwilligers die je aanmoedigen, helpen, een hart onder de riem steken en met de wind in de rug terug op pad sturen.

Uiteindelijk is het even voor 3 uur eer ik weer aanzet. Ik ben 23 uur bezig. Maar dat is AOK! Geeuw. De laatste etappe komt eraan! Nog 1 marathon en ik ben er. Ik heb er wel zin in! Al gauw beginnen die verdomd pittige klimmetjes. Op en neer en op en neer enzoverder. Ik krijg het zwaar. Echt zwaar. Ik weet dat ik moet doorduwen tot op kilometer 142, even voorbij de Botrange. Dan zitten alle stevige klimmen er echt op en kan ik min of meer rustig verder cruisen richting het einde. Ik weet ook dat ik vanaf 2/3 in de trail de negatieve en zelfbeschermende gedachten kan verwachten die fluisteren dat stoppen de beste optie is. Doorgaans wordt ik daar niet door geteisterd en toch voel ik nu de nood om mezelf nog even in te fluisteren waarom ik niet wil stoppen. En even later voel ik nogmaals die nood… Is die central governor me hier aan het bespelen of wat? Ik hou de moed er in: dit is wat ik zoek, toch? Men zegt dat de nacht het meest donker is net voor zonsopgang. En niets voelt op dat ogenblik minder waar.
De regen blijft intussen maar komen en ik krijg het wat kouder. Ik hou m'n ogen open voor iets dat kan dienstdoen als schutting zodat ik me in wat warmere kledij kan steken. Het zal nog iets kouder gaan voelen als dit weer aanhoudt en zeker als ik straks doorheen het meer open landschap van de Hoge Venen dartel. Dus best dat warmere laagje zo snel als mogelijk aantrekken. Uiteindelijk duik ik ergens voorbij de Barrage de Robertville onder een boom en probeer me zo snel als mogelijk om te kleden. De koude, petsende regendruppels schrikken m'n lijf op en manen me aan om voort te maken. 5 minuten laten is dat alweer vergeten en wentel ik in de warmte van m'n microfleece. Zalig!

De Barrage de Robertville is doorgaans een imposant, prachtig iets om over te lopen en het uitzicht naar beneden is gewoonweg schitterend. Vandaag voelt het eerder mistroostig en grijs aan in het grauwe ochtendlicht en tussen de pijpenstelen heen.
Nog 12 kilometer doorduwen richting dat punt van 142 km. Komaan! Intussen is het goed en wel licht geworden. Mijn geluk kan niet op: twee keer door de zonsopgang! Gewoonweg magie! Ik voel de energie die het daglicht geeft en leef op. Ik passeer nog de skipiste van Ovifat en ben weer vijf kilometers verder. Zo is het niet heel ver meer. En het gaat nog steeds vooruit, dat is het voornaamste. Ondertussen is de zin in eten teruggekeerd en worden één voor één alle Kanjers die er nog resten weggewerkt. Het tij begint opnieuw te keren. Joepie!

En toen was er radio! Of toch niet? Gedurende de nacht was het de eerste keer dat m’n brein soms trucjes met me uithaalde: struiken veranderden in dieren, bomen werden wilde beesten en schaduwen leken te kunnen bewegen. Zit daar nu iemand op het pad of wat? Komt die schaduw daar recht op me af? Zit ginds een bende krabben? En tiens, ik wist niet dat er hier leguanen leefden? Nu, het daglicht terug is, lijkt alles terug normaal. Tot ik ineens een radio hoor! Ik hoor radio DJ's, in wat drukke gesprekken lijken, heen en weer roepen. Wie is er hier nu in godsnaam met een radio? En hoe komt het dat ik die radio blijf horen? Ik probeer te focussen en in te zoemen op wat ik hoor. En ik hoor... water! Het is het water. Dat rustig en soms snel stromende water. Mijn brein blijft zich duidelijk verkneukelen! Nog later hoor ik, minder fijn, gejammer en nog later wordt het geraas van de autostrade omgevormd tot Oosterse gezangen. Wat een belevenis!

Voor ik het weet, nu ja: dat is ook niet volledig waar; beland ik aan de Hoge Venen. Het terrein verandert weer, eerst een beetje en dan plots breekt het landschap meer open. Het weer blijft stug hetzelfde: regen en wind. Los hiervan is het best een ideaal loopweertje. Intussen stel ik vast dat ik al 15,5 km 'te veel' gelopen heb. Dat kan me eigenlijk geen barst schelen. Ik ben zo blij dat het aan het lukken is! Als ik eindelijk op het punt van 142 kilometer kom, ben ik ongeveer 28 uur bezig. Nog 16 kilometers, ik kan al bijna 'mijn stal ruiken' en er komt een zoveelste nieuwe adem! En deze keer is hij anders. Deze keer lijkt hij net dat ietsje meer te kunnen. Ik steek er meer tempo in en probeer te blijven voortduwen. Er komt een zompig verbindingsstuk, tussen het parcours van Malmedy en Jalhay. Het gaat enkele kilometers quasi rechtdoor. Zo snel als mogelijk probeer ik dat rechte stuk te overbruggen. In m’n hoofd ga ik eerst naar 150, dan naar 155 en vervolgens naar de finish: nog drie mini – etappes! De cafeïne - gels worden in de strijd geworpen: de reserve munitie. Ik bedenk me dat ik misschien toch maar die kousen nog moet vervangen, maar geef er de brui aan. Ik ben er bijna, wat geeft het nog? Op het punt van 150 kilometer ben ik in ‘la Vallée de la Hoëgne’ aanbeland. Wederom een prachtig stukje natuur om doorheen te lopen! Het kabbelende water, de kleine rotspartijtjes en rustgevende vegetatie. Ongelooflijk! Ik neem gauw nog een foto en duw door. Intussen zijn mijn voeten beginnen klagen. Er zitten steentjes in m'n schoenen en ik denk dat ik toch nog bleinen aan het krijgen ben. Ook hier denk ik: wat geeft het? Bijna thuis! Nu ga ik echt niet meer stoppen en zitten prutsen met kousen en schoenen. Later zie ik dat ik het beginstadium van trenchfeet ingelopen was. Gelukkig maar het beginstadium.
Nog een paar kleine klimmetjes markeren de laatste loodjes en ze voelen stevig aan. De laatste vijf kilometers lijken eindeloos lang te duren. Ik ben vooral aan het schuifelen door dat ongemakkelijke gevoel in m'n voetjes. Ik slaag erin om ergens de laatste 100 meters nog iets wat aanvoelt als een slow motion sprint eruit te persen. En plots is het daar! Het bekende pleintje doemt voor me op en voor ik het weet sla ik m'n hand keihard tegen de plaat van Extratrail. Bam! Het is voorbij. 31 uur en 18 minuten. Een gelukzalig gevoel overvalt me en ik kan wel janken. Heb ik dit echt juist gedaan? Het voelt onwerkelijk. Het dichtstbijzijnde bankje nodigt me uit tot berusting. Ik geef de basis een teken van leven en hoor dat de 'taxi' al onderweg is. De rugzak gaat voor de laatste keer af en ik ga eerst even met m’n beentjes in de lucht liggen. Het regent nog steeds en de wind waait vlaagjes regen in m'n gezicht. Ik laat het gebeuren en denk, nu terecht, wat geeft het? Even later nestel ik me op het bankje. Mijn god, wat een belevenis!

Kort daarop hoor ik een herkenbaar gebrom. De auto! Vrouw en dochter stappen eruit. Ik ben oprecht blij ze terug te zien. Hoe zoiets kort toch zo lang kan zijn. Felicitaties worden gegeven en er wordt gevraagd hoe het gaat. Woorden schieten eigenlijk te kort om te vatten wat er allemaal door me heen gaat, dus ik besluit met "Goed, ik ben ok." Of zoiets. Het was fantastisch! De nodige foto's worden genomen en ik slenter naar de auto. Lekker stinkend plof ik op de achterbank. What a ride!
En ik voel me dankbaar, dankbaar dat ik dit heb kunnen doen. Nu kan ik even een FKT op dit parcours claimen. Maar daarom deed ik het niet. Ik ben de eerste om de UTDS in 1 etappe te doen. Dat is makkelijk. De enige klok waartegen je racet is die van jezelf. En ik ben verre van de snelste. Dus die FKT is er nu en ligt voor het grijpen. Het is een prachtig parcours en een mooi avontuur. Ik hoop dan ook dat er snel anderen volgen en ik zo een steentje heb kunnen bijdragen aan de groei van de FKT - beweging.


Alles staat klaar...


Net voor de start.


Jalhay - Theux



La Gervava


Niglinspo


50 km :-)



Amblève - La Venne


Uitrusten in Stavelot.

Op weg naar Malmedy.

De Hoge Venen.


La Vallée de la Hoëgne.

Net klaar.

De taxi :-).



Reacties

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Belgian Ultra Trail (17 - 21 mei 2023): 385 km dwars door het land en wars door alles 🤯 🥳 😍

Legends Trail 250: het avontuur der avonturen!